Karamelslof

Onderstaand recept is ruim voldoende voor 2 sloffen. De karamelroom kun je het beste 1 dag van tevoren maken.

Ingrediënten slofbodem:

  • 210 gram boter (kamertemperatuur)
  • 290 gram bloem
  • 105 gram kristalsuiker
  • 105 gram licht bruine basterd
  • 8,5 gram bakpoeder
  • 2 gram zout
  • 1 gram bakingsoda
  • 5-10 druppels vanille-essence
  • 1 eierdooier (20 gram)

Ingrediënten crème:

  • 100 gram spijs
  • 10 ml water
  • 75 gram banketbakkersroom

Ingrediënten zachte karamel:

  • ½ vanillestokje
  • 150 ml slagroom
  • 300 gr suiker
  • 50 ml water
  • 50 gr glucosestroop
  • 100 gr boter
  • 1/2 theelepel zeezout

Ingrediënten karamelroom:

  • 500 ml slagroom
  • 125 gr suiker
  • 40 ml water
  • 1 zakje slagroomversteviger

Meng voor het deeg de boter met de kristalsuiker, licht bruine basterd, zout en vanille-essence. Voeg de eidooier toe en tot slot de bloem, bakpoeder en bakingsoda en meng tot een mooi samenhangend deeg. Wikkel het deeg in vershoudfolie en laat het minimaal 30 minuten rusten in de koelkast. Rol het deeg uit tot ongeveer 1 cm dikte, steek met de slofring de bodems uit en leg deze op een met bakpapier beklede bakplaat met de ring er omheen. (Indien je geen slofringen hebt, gebruik dan de rand van een springvorm). Bereid de crème. Meng de spijs met het water en roer het tot een gladde massa zonder klontjes, klop de banketbakkersroom er goed door. Vul een spuitzak met de crème en spuit in het midden van het deeg een kleine hoeveelheid. Zorg ervoor dat er tegen de ring een rand van 1-1,5 cm vrij blijft. De crème zorgt ervoor dat de randen naar boven komen en het midden van het deeg beneden blijft. Zo krijg je een opening waar je de vulling in kunt spuiten. Bak de sloffen in ongeveer 20-25 minuten gaar in een voorverwarmde oven op 180℃. Verwijder na het bakken, onmiddellijk en heel voorzichtig de ringen (het deeg is nog zacht). Laat het afkoelen op de bakplaat.

Maak de zachte karamel. Voeg het vanillemerg en het stokje toe aan de slagroom en breng dit rustig aan de kook. Doe ondertussen de suiker met het water en de glucosestroop in een andere pan en laat dit koken tot een goudgele karamel (vooral niet roeren). Verwijder het vanillestokje uit de slagroom en giet al roerend, beetje bij beetje de warme room bij de karamel. Pas op, dit is erg heet en gaat bruisen. Roer het mengsel goed door tot een egale karamelsaus ontstaat. Haal de pan van het vuur en roer de boter erdoorheen tot deze opgelost is en tot slot het zeezout. Laat de karamel afkoelen en roer nog af en toe door. Vul de afgekoelde slofbodems met de karamel en zet ze in de koelkast. De overgebleven karamel kan in de koelkast worden bewaard en eventueel weer wat worden verwarmd om vloeibaarder te maken.

Maak de karamelroom. Breng de slagroom aan de kook en maak ondertussen in een andere pan de karamel door de suiker en het water te laten koken. Als de karamel mooi goudbruin is voeg je al roerend de warme room toe tot de karamel volledig is opgelost. Laat zeker 12 uur afgedekt afkoelen in de koelkast alvorens op te kloppen met een zakje slagroomversteviger.

Garneer de slofbodems met de karamelroom en decoreer naar eigen inzicht. Ik heb een heel klein beetje ganache gebruikt en nougatine.