Appeltaart

Appeltaart

Ingrediënten deeg:

  • 330 gram zelfrijzend bakmeel
  • 110 gram witte basterd
  • 1/4 theelepel zout
  • 220 gram roomboter
  • 1 ei

Ingrediënten vulling:

  • 5-6 appels (mix van Jonagold en Goudreinet)
  • suiker (hoeveelheid mede afhankelijk van soort appel)
  • 60 gram rozijnen
  • 4 theelepels kaneel
  • 2 eetlepels custardpoeder

Extra:

  • Springvorm 24 cm
  • eidooier met scheutje room/melk
  • 60 gram paneermeel

Meng de boter en het ei kort in de keukenmachine. Voeg het zelfrijzend bakmeel, suiker en zout toe en kneed het kort tot een soepel deeg. Laat het deeg ongeveer 30 minuten rusten in de koelkast (je kunt het deeg ook een dag tevoren maken). Schil in de tussentijd de appels, verwijder de klokhuizen en snijd in stukjes. Meng de appels met de suiker, kaneel, rozijnen en custardpoeder.

Rol driekwart van het deeg (evt iets minder zodat je ruim overhoudt voor de stroken) op een met bloem bestoven werkblad uit tot een ronde lap. Vet de springvorm in en bekleed de vorm met het deeg. Bestrooi de bodem met paneermeel. Doe het appelmengsel in de vorm (hou het eventuele vocht apart) en druk goed aan. Rol de rest van het deeg uit tot circa 2 mm dikte en snijd lange repen van ongeveer 1,5 cm breed. Leg de repen kruislings over de taart in een rastervorm. Druk de randen goed aan en bestrijk de bovenkant met het ei-roommengsel. Plaats de appeltaart iets onder het midden van de oven. Bak de appeltaart in een voorverwarmde oven op 180 ℃ (hetelucht 160 ℃ eventueel met extra onderwarmte voor de bodem) in 45-60 minuten gaar en mooi bruin.