Ingrediënten:
- 250 gram maizena
- 200 gram bloem
- 200 gram roomboter (op kamertemperatuur)
- 150 gram suiker
- 4 eidooiers
- 1 theelepel bakingsoda
- 2 theelepels bakpoeder
- het merg uit een klein vanillestokje of een snufje vanillepoeder
- geraspte schil van 1 citroen
- 1 theelepel cognac
vulling:
- dulce de leche (blikje gecondenseerde melk)
- geraspte kokos
Dulce de leche kan je op verschillende manieren maken, maar voor dit recept vind ik de methode waarbij je een blikje kookt in een pan met water het fijnst.
Meng alle droge ingrediënten met de zachte boter in een kom. Voeg de eidooiers en de cognac toe en kneed met de hand tot een stevig deeg (bij gebrek aan cognac heb ik eetlepel amaretto gebruikt). Vorm een bal en leg die ongeveer een uur te rusten. Soms lijkt het alsof het deeg niet aan elkaar kleeft, voeg dan 2 eetlepels citroensap toe!
Rol het deeg uit tot een lap van 5 tot 7 mm en steek rondjes deeg uit (met een glas) van ongeveer 4 cm diameter. Leg de rondjes op een met bakpapier beklede bakplaat op zo'n 2 cm afstand van elkaar. Bak de koekjes 10-12 minuten in een voorverwarmde over op 160℃. De koekjes moeten een klein beetje verkleuren, niet te veel anders worden ze te droog en breken ze. Als de koekjes klaar zijn, uit de oven halen en laten afkoelen.
Plak steeds twee koekjes met een laag dulce de leche op elkaar. Spreid de dulce de leche goed uit tot aan de rand. Die randen rol je vervolgens door de geraspte kokos en klaar zijn de alfajores!